
ChristenUnie agendeert kwetsbaarheid aanvoer IJsselwater
woensdag 10 december 2025 12:44 Veel waterschapsprojecten hebben te weinig aandacht voor het vasthouden van water om periodes van droogte te kunnen overbruggen. Volgens de ChristenUnie vraagt het veranderende klimaat om een nieuwe balans tussen water vasthouden en water aanvoeren.
De ChristenUnie ziet dat het waterschap stevig inzet op het optimaliseren van wateraanvoer, maar veel minder op water vasthouden. Dat zou zij graag anders zien in projecten door het waterschap. Zoals bij de Stouwe. Het waterschap wil hier in de zomer van 2026 de waterkwaliteit verbeteren door natuurvriendelijke oevers aan te leggen en nieuwe beschoeiing te plaatsen. Daarnaast gaat er gebaggerd worden, om de doorstroming te verbeteren.
Het plan is degelijk, zoals we dat van het waterschap gewend zijn, en levert een bijdrage aan ecologie en onderhoud. Toch valt één punt opnieuw op: de beschikbaarheid van grondwater blijft onderbelicht. De stukken beschrijven hoe in droge perioden water uit de Vecht wordt ingelaten en hoe dit project die aanvoer verbetert, maar niet hoe we water — vooral grondwater — beter vasthouden.
In de Vecht staat ’s zomers al lang geen water meer als we haar niet aan het infuus van Eefde leggen. Via een ingenieus en duur stelsel van gemalen en kanalen wordt vanaf Eefde IJsselwater ingebracht om bij De Haandrik in de Vecht te stromen. Alle deskundigen zijn het er over eens dat de IJssel in de toekomst tijdens langdurige droogte onvoldoende water zal voeren om dit vol te houden. Water vasthouden wordt daarmee cruciaal: door klimaatverandering wordt de IJssel steeds meer een regenrivier en zal in langdurige droogte onvoldoende water leveren. De afhankelijkheid van inlaatwater neemt nu dus toe, terwijl we juist moeten toewerken naar minder afhankelijkheid.
Eerder heeft het waterschap in haar watervisie aangegeven expliciet rekening te houden met het veranderen van het klimaat én te willen sturen op de lange termijn. De ChristenUnie stelt daarom ook voor om bij ieder project te overwegen of er maatregelen genomen kunnen worden die de afhankelijkheid van wateraanvoer verkleinen door water — met name grondwater — beter vast te houden.




